Ondernemersorganisaties MKB-Nederland en VNO-NCW vrezen dat de plannen uit de Miljoenennota 2023 zorgen voor een lastenverzwaring voor ondernemers. Het kabinet belooft dat de extra inkomsten van de wijzigingen in de vennootschapsbelasting terugvloeien naar de ondersteuning van kleine bedrijven. Ook het uitfaseren van de zelfstandigenaftrek, die nog soberder wordt in 2023, zit de organisaties niet lekker.
Welke plannen liggen er?
Verlaging schijfgrens Vbp
De eerste schijf over de vennootschapsbelasting gaat omlaag van 395.000 naar 200.000 euro. Dat betekent dat meer ondernemers het hogere tarief van 25,8 procent gaan betalen.
Verhoging tarief eerste schijf Vbp
Het tarief in de eerste schijf gaat omhoog van 15 naar 19 procent. Deze verzwaring raakt het kleinbedrijf het hardst, hoewel het kabinet belooft dat enkele van de baten die deze verhoging opleveren terugvloeien naar het mkb.
Circulaire economie
De subsidieregeling voor circulaire ketenprojecten – onderdeel van de Subsidieregeling circulaire economie (SCE) – wordt uitgebreid naar grotere ketendoorbraakprojecten. Daarnaast wordt in 2023 gestart met een mkb-stimuleringsprogramma voor de ontwikkeling en opschaling van recycling.
Versnelde afbouw zelfstandigenaftrek
Het kabinet blijft inzetten op het verkleinen van de fiscale verschillen tussen werknemers in vaste dienst en zzp’ers. In het coalitieakkoord is afgesproken om af te bouwen naar 1200 euro in 2030. Maar de aftrek gaat nog sneller omlaag, van 6310 euro dit jaar naar 900 euro in 2027.
Premiedifferentiatie Box 2
Ook volgt er in 2024 een differentiatie van de premie voor het aanmerkelijk belang (Box 2). Dat betekent dat dga’s te maken krijgen met twee premies. Voor box 2 geldt vanaf dat jaar een tarief van 24,5 procent tot een inkomen van 67.000 euro. Over het meerdere betaalt hij 31 procent.
Werken lonend maken
Onder meer de historische krapte op de arbeidsmarkt zorgt ervoor dat groei moeilijk is. Daarom wordt er geïnvesteerd werken lonender te maken door de inkomstenbelasting te laten dalen met 0,11 procentpunt in de eerste schijf. Daarnaast stijgt de arbeidskorting; het tweede en derde knikpunt worden verhoogd met 89 euro en het afbouwpercentage stijgt naar 6,51 procent. Ook wordt financieel gestimuleerd dat mensen meer uren werken, onder meer door de kosten van kinderopvang vrijwel geheel te vergoeden. Ook wordt het minimumloon met 10 procent verhoogd, waardoor ook AOW en uitkeringen meestijgen.
Meer weten? Lees alles over Prinsjesdag op cm: Controllers Magazine